Beschouwing
Als je een beschouwing schrijft, probeer
je de lezer over een bepaald onderwerp te laten nadenken. Bij
een beschouwing staat je eigen standpunt niet centraal. Je geeft
verschillende standpunten die ingenomen kunnen worden. Een beschouwing
is een objectieve tekst.
Inleiding
De inleiding van een beschouwing heeft naast
de belangstelling wekken en je onderwerp introduceren, ook een
structurerende functie. Je vertelt wat je in de rest van de tekst
gaat bespreken. Bij een beschouwing eindigt de inleiding vaak
met een vraag.
Middenstuk
De meest gebruikte structuur voor het middenstuk
van een beschouwing is de voor- en nadelen structuur. Hierbij
geef je, net als bij een betoog, de voor- en nadelen van het onderwerp.
Een beschouwing kan ook een verklaringsstructuur hebben.
Hierin geef je kenmerken en voorbeelden, oorzaken en effecten
van het verschijnsel.
Slot
Bij beide structuren hoort een ander slot.
Bij een voor- en nadeel structuur geef je een afweging
van de voor- en nadelen.
Bij een verklaringsstructuur geef je een samenvatting en
een toekomstverwachting.